zondag 4 augustus 2013

Vlinderen een werkwoord?

Vlinders tellen was dit weekend dus het devies. Blijven opletten. Soorten en aantallen in de gaten houden. Ik heb een vlinderstruik in mijn tuin. Een beetje een armetierig ding. Dat komt vooral door mijzelf. De hoek waar hij in staat is niet zo groot en daarom snoei ik hem regelmatig terug. Dan maakt hij nieuwe takken, maar die zijn verre van stevig. Het zijn er ook niet heel veel, dus het aantal bloemen blijft meestal beperkt tot een stuk of tien. Desondanks blijken de vlinders hem te waarderen!
Het resultaat van de telling: Twee Atalanta's, twee Dagpauwogen, twee kleine vosjes, drie kleine Koolwitjes, één Citroenvlinder en één Gamma uil. Helaas heb ik ze niet allemaal kunnen fotograferen. Ze zitten meestal niet lang stil. Daarnaast zijn de licht omstandigheden in de hoek ook niet ideaal, maar ja, we doen het er maar mee!
  
 
De Dagpauwoog is een mooi getekende vlinder, maar evenals de gisteren getoonde vlinders heeft ook deze vlinder een uitermate goede schutkleur met gesloten vleugels, getuige de foto van de twee foeragerende exemplaren hieronder.
 
 
Moeilijk te zien door het tegenlicht, maar dit is een kleine vos. Ook daar waren er twee gelijktijdig nectar aan het verzamelen.
  
 
De Gamma uil is eigenlijk een nachtvlinder. Toch is hij ook overdag erg actief; men noemt dat dan ook een dag actieve nachtvlinder.
 
 
Bij-vangst
 
 
Deze gehakkelde Aurelia is samen met het bonte Zandoogje (vorige blog) één van de twee soorten die ik wel in het Weegje ben tegengekomen en niet in de tuin heb gezien.